donderdag 26 juni 2008

Reisverslag 40

Urumqi en grensovergang naar Mongolië.

Urumqi is een grote moderne industriestad met rond 1 miljoen inwoners. Hiervan zijn 2/3 Han-Chinezen en de rest bestaat uit een aantal etnische minderheden. Op straat zie je dan ook bijna uitsluitend Han-Chinezen. In de 1 ½ dag dat we in Ürümqi waren heb ik bijvoorbeeld slechts 2 of 3 gesluierde vrouwen gezien.
We stonden met onze campers bij het Xinjiang Grand Hotel in het hartje van de stad en op loopafstand van het Hong Shan (Rode Berg) park. Om het een berg te noemen is een beetje overdreven want met 150 m is zelf onze Cauberg hoger.
De berg is een markant punt in Ürümqi, vooral door de Pagode die er op staat uit de 18de eeuw. Het park was kleurrijk versierd in het teken van de Olympische Spelen. Veel jongelui lieten zich fotograferen met één van de mascottes van de spelen. Wij waren al snel doelwit van een aantal studenten, die met professionele videocamera’s rondliepen. Waarschijnlijk voor een studieopgave of iets dergelijks. Communicatie was moeilijk met ze, maar het maakte allemaal niet uit wat we zeiden of deden, als ze ons maar mochten filmen.

Het hotel had waarschijnlijk regelmatig last gehad van het gedrag van hun klanten, waarschijnlijk Russen, want bij het buffet stonden bordjes met “Als u niet op eet wat u op schept, dan moet u 50% extra betalen”. De “all-in” hotels in b.v. Turkije en Egypte zouden hier een voorbeeld aan moeten nemen en ook zulke bordjes in het restaurant te plaatsen.

De fakkelloop route door China was op het laatste moment gewijzigd, waarschijnlijk vanwege Tibet, zodat de fakkel op 16 juni in Ürümqi zou aankomen. We kregen van het hotel het advies om die dag vóór 6.00 uur de stad te verlaten omdat kort daarna alle straten in het centrum zouden worden afgezet. We vonden het niet leuk maar het zou naar later bleek nog gekker worden.
Tot onze verbazing kregen we om 20.00 uur te horen dat we onmiddellijk de stad moesten verlaten omdat we blijkbaar we “veiligheids risico” waren i.v.m. de fakkelloop de volgende dag. Onze reisagent, de gids en het hotelmanagement konden de politie niet tot andere gedachten brengen. Men dreigde zelfs met het wegslepen van de campers.
Beetje-bij-beetje werd het duidelijk waarom ze waarschijnlijk zo nerveus waren geworden over onze aanwezigheid. Bij een veiligheidsinspectie bij het hotel had men onze vreemd uitziende voertuigen zien staan. Ze wisten niet wat het waren en hadden zo iets nog nooit gezien. Bovendien dachten ze dat het groene (mogelijk militaire) voertuig een Irak’s kenteken had. Het was echter een onschuldig souvenir kenteken uit Nepal. Toen ze ook nog te horen kregen dat wij in deze vreemde voertuigen sliepen werden ze helemaal nerveus i.v.m. de fakkelloop. Uiteindelijk verlieten we wijselijk het hotel om 21.30 uur en reden de stad uit in de richting van de Takshkent grenspost.
We hadden zo onze twijfels over deze grenspost. Op geen van landkaarten die we bij ons hadden stond Takshkent en op de ene kaart stonden geen wegen naar de grens toe en op een andere kaart stonden ook geen wegen aangegeven aan de Mongoolse kant.
Ons Chinees reisbureau had ons verzekerd dat ze geregeld hadden dat we, bij hoge uitzondering, van deze grenspost gebruik konden maken hoewel de grenspost alleen bedoeld is voor Chinezen en Mongolen. Zonder het gebruik van deze grenspost was de reis niet doorgegaan omdat we van de Chinese autoriteiten niet naar Erenhot, de gebruikelijke grenspost, mochten reizen omdat we dan te dicht bij Beijing zouden komen.
De laatste 600 km in China naar de grens werden we begeleid door een nieuwe gids, Omar, van het Ürümqi reisbureau die er voor moest zorgen dat we de grens over zouden komen. Ook hij had geen kaart waar Takshkent op stond en hij moest meermaals naar de weg vragen. Maar ja, als je Chinees spreekt is dat geen probleem.
De eerste dag stonden we van 10.00 tot 20.00 uur aan de grens terwijl de gids het frustrerende werk deed. Na overnacht te hebben in de buurt van de grens, waren we terug om 08.30 uur en duurde het nog tot 11.30 uur voor dat we naar de Mongoolse grenspost konden rijden.
Op het laatste moment vroegen de Chinezen nog om onze camera’s. Ze beweerde dat we in de buurt van de grenspost zonder toestemming hadden gefotografeerd. Zodoende kregen ze de gelegenheid om ook de foto’s die op andere plaatsen in China waren genomen te bekijken. Nadat op elke camera een paar beelden waren verwijderd waren ze tevreden.
Aan de Mongoolse grens was het vergeleken bij China een “eitje”. Drie uur na aankomst reden we Mongolië in. Al met al waren we twee dagen bezig geweest om de grens over te komen. Een record op de reis tot nu toe.

Het vermoeden bestond al enige tijd maar in Ürümqi kregen we de bevestiging dat één van onze reisgenotes zwanger is. Nu denken jullie natuurlijk gelijk aan Ria, maar dan moet ik jullie teleurstellen want Ria was er in Ürümqi niet bij. Hoewel de reis 9 maanden duurt, vindt de geboorte, normaal gesproken, plaats na afloop van de reis.

Geen opmerkingen: